Ruimte om te ondernemen

Opgave

De wereld verandert snel en om toekomst te houden, speelt de agrarische ondernemer hierop in.  De ondernemer heeft de ruimte nodig om op erf, bouwblok en in het veld mee te bewegen met de maatschappij. Dit kan zijn in uitbreiding van productie, maar ook in ruimere bouwkavels voor verbrede activiteiten, alternatieve productiewijzen of voor opslag en verwerking. De eigen bouwkavel is daarbij uitgangspunt, waar dit niet kan, moet er ruimte zijn om samen met overheid en omgeving tot passende oplossingen te komen.

Oplossingen

Limburgse boeren en tuinders hebben de volgende oplossingen in huis voor deze opgave:

Beperken van grondclaims voor niet agrarische functies (food, feed, materials)

De afgelopen decennia is de hoeveelheid landbouwgrond drastisch afgenomen ten gunste van functies als bebouwing, recreatie en natuurontwikkeling. Terwijl maatschappelijk bewust boeren juist meer grondgebruik vraagt, denk aan meer ruimte voor dierenwelzijn en extensievere productie. Een hogere grondprijs als gevolg van grondclaims verhindert dit.

Multifunctioneel grondgebruik

Een oplossing kan zijn het agrarisch gebruik te combineren met andere functionaliteiten, zoals natuurbeheer, waterberging en energieopwekking. Hierdoor kan er op een perceel aan meerdere maatschappelijke opgaven tegelijk worden bijgedragen.

Natuurinclusieve landbouw

Natuurinclusieve landbouw is een vorm van duurzame landbouw die uitgaat van een veerkrachtig voedsel- én ecosysteem, optimaal gebruik maakt van de natuurlijke omgeving (het ‘natuurlijk kapitaal’) en deze integreert in de bedrijfsvoering. Natuurinclusieve landbouw produceert voedsel binnen de grenzen van natuur, milieu en leefomgeving en heeft een positief effect op de biodiversiteit.

Perspectieven

De aarde, consumenten, buren & burgers en de Limburgse economie geven de land- en tuinbouw opgaven mee voor  de toekomst. Deze opgaven staan soms op gespannen voet met elkaar. Hierdoor staan onze boeren en tuinders voor grote uitdagingen. Maar ze zien ook perspectieven! Voor producten met meer dierenwelzijn zijn dit de volgende:

  • Bied ruimte aan innovaties en faciliteer samenwerking en kennisdeling.: Wet- en regelgeving, maar ook verzuiling in sectoren, blokkeren de weg naar innovaties. Door samenwerking en experimenteerruimte komen innovaties sneller van de grond en worden kansen benut.
  • Breng gevolgen voor land- en tuinbouw in beeld: Breng bij beleid en programma’s en (grote) projecten voor het buitengebied de gevolgen voor de land- en tuinbouw in beeld. Wat zijn de gevolgen qua oppervlakte, kosten, marktpositie en sociaal? Werk ook uit hoe negatieve gevolgen voor land- en tuinbouw gemitigeerd kunnen worden.
  • Ondersteun de beweging naar een duurzamer, gezonder en eerlijker voedselsysteem: Boeren en tuinders hebben als primair producent hierin een cruciale rol. Goed functionerende voedselketens stellen boeren en tuinders in staat een behoorlijk inkomen te verdienen. Hierdoor kan waarde worden gecreëerd voor economische groei, de samenleving en het bedrijfsleven.
  • Ontwikkelruimte: Creëer ruimte voor ondernemers die experimenteren en die ontwikkelen om te kunnen voldoen aan de wensen van markt en omgeving.
  • Versterk de positie van de producent in de keten: Door regelgeving rond mededinging te versoepelen (en daarmee agrariërs een betere positie geven in keten, m.n. inkoopmacht retail), ketentransparantie te versterken en inzet voor een internationaal gelijk speelveld.
  • Voer een echte dialoog met de sector: Participatie staat hoog in het vaandel van overheden (gemeenten, provincie, waterschap). Maar dit leidt te vaak tot grote sessies of het accent op digitale inspraak. Het is wenselijk dat met de landbouwsector, als belangrijkste stakeholder én grondeigenaar in het buitengebied, een echte face-to-face dialoog wordt gevoerd voor rurale plannen, programma’s en (grotere) projecten.
  • Waardeer maatschappelijke diensten: Land- en tuinbouw dragen bij aan de oplossingen voor vele opgaven, ook maatschappelijke, zoals natuur, landschap, rust, welzijn en wateroverlast. Maar de markt betaalt die opgaven beperkt of niet. Zorg daarom voor evenwicht tussen maatschappelijke opgaven en beschikbare financiële middelen.
  • Werk integraal: Kijk bij voorgenomen plattelandsbeleid, -programma’s en -projecten naar de gevolgen in de breedte en check op tegenstrijdigheden. Betrek ondernemers, andere belanghebbenden én andere overheden. Maak vervolgens eenduidige keuzes en betrek daarbij ook opgaven en uitdagingen die niet (direct) tot de bevoegdheden van het bevoegd gezag horen. Op het agrarisch bedrijf komen al die opgaven en uitdagingen immers samen.
  • Zorg voor zuinig ruimtegebruik: Beperk grondclaims zoveel mogelijk en zet, indien nodig, in op multifunctioneel grondgebruik, waarbij gronden in agrarisch bezit en gebruik blijven (waar nodig met beperkingen).

Bovenstaande randvoorwaarden stellen onze sector in staat een belangrijke bijdrage te leveren aan ruimte om te ondernemen en daarmee aan daarmee aan de Limburgse economieopgaven.